Brandstof dosering

Als basis voor de berekening van de in te spuiten hoeveelheid brandstof is de stoichiometrische mengverhouding mvth [1] gebruikt. De mvth voor bijvoorbeeld benzine is 1/14.8 , om 1 kg benzine te kunnen verbranden is 14.8 kg lucht nodig. Door de massa te bepalen van de hoeveelheid aangezogen lucht, weet de ECM hoeveel brandstof er nodig is voor een theoretisch optimale verbranding. Deze berekende waarden dienen als basis voor de Base fuel schedule. Dit is de basis inspuittijd (zonder correctie), vastgelegd in het geheugen van de ECM.

Hierbij is er nog geen rekening gehouden met de bedrijftoestanden zoals:

  • Koude start
  • Accelereren
  • Deccelereren
  • Regenereren

 

Naast de omstandigheden, houdt de ECM ook rekening met eventuele constructieve afwijkingen en veroudering van sensoren en slijtage van de motor. Deze correctie is de  Fuel trim long en is een correctiefactor voor de berekende hoeveelheid brandstof over een langere termijn. De Feul trim long wordt meestal als de Long Term Fuel Trim (LTFT) aangeduid.

De Fuel trim short is de correctie tijdens closed loop van de inspuittijd als gevolg van het lambda signaal  (zie ook, alinea: Regelproces als de motor in bedrijf is). Meestal wordt de fuel trim short, als Short Term Fuel Trim (STFT) weergegeven.

De dosering van de brandstof gebeurt door de injector(en) korter / langer aan te sturen waardoor er minder of meer brandstof ingespoten wordt.

Deze berekende inspuittijd is een optel som van:

TInjetor open = base feul schedule + feul trimshort +/- % feul trimlong  +/- %

Samenvattend, de hoeveelheid brandstof wordt bepaald door de openingstijd van een injector. De openingstijd wordt berekend door een basistijd aan te passen met correctiefactoren in de vorm op korte termijn (STFT) en lange termijn (LTFT) aanpassing.

Bepaling hoeveelheid aangezogen lucht

De bepaling van de hoeveelheid aangezogen lucht, of de vullingsgraad van de cilinder, kan volgens 2 principes plaats vinden, namelijk :

  • Indirecte meting (MAP en gasklephoek sensor)
  • Directe meting (Lucht hoeveelheid – en massameting)

 

Bij een indirecte meting wordt de hoeveelheid aangezogen lucht berekend op basis van een waarde die evenredig is aan de vullingsgraad van de cilinder.  Dit kan de TP (Throlte Postition ,  gasklep hoek) zijn , o.a. paste Bosch dit principe toe op de Mono-Point systemen. Een andere mogelijk veel toegepaste methode was om de absolute druk in de inlaatspruitstuk te meten m.b.v. van een MAP (Manifold Absolute Pressure) sensor. De absolute druk in de inlaat is bepalend voor de vullingsgraad van de cilinder. Deze methode is minder nauwkeurig en wordt daarom niet meer bij OBD2 MMS toegepast.

Bij een directe meting wordt de hoeveelheid aangezogen lucht daadwerkelijk gemeten. Er zijn meerdere methoden voor een directe meting mogelijk, de bekendste zijn :

  • Lucht hoeveelheid (L-klep)
  • Lucht massa meting

 

Bij de lucht hoeveelheidmeting met een L-klep van Bosch wordt het volume van de hoeveelheid aangezogen lucht gemeten. Om de daadwerkelijke hoeveelheid aangezogen lucht te bepalen, zal er nog een temperatuur correctie plaats moeten vinden d.m.v. een temperatuurmeting.

Bij de lucht massa meting wordt de daadwerkelijke massa direct gemeten, en hoeft daarom geen temperatuur correctie meer plaats te vinden. Dit type sensor wordt daarom veel bij OBD2 / EOBD MMS toegepast.

 


[1] De mvth is de chemische bepaalde (meng) verhouding tussen lucht en brandstof die nodig is voor een volledige verbranding van alle brandstof